Hoofdstuk 3 Voca A, B, C en D (4TG)

accent = accent
automobile = auto
behave = zich gedragen
biscuit = koekje
candy = snoep
chemist's = drogisterij
fish and chips = (gebakken vis met patat)
convinced = overtuigd
cookie = koekje
drugstore = drogisterij
force = dwingen
french fries = patat
gas = bezine
misery = ellende
petrol = bezine
potato chips = chips
racial = rassen
racism = racisme
racist = racistisch
view = opvatting, mening
in all respects = in alle opzichten
means of communication = communicatiemiddel
pick on = pesten
unite = verenigen
variety of = soort
amazed = verwonderd, verbaasd
belong = thuis horen
brief = kort
communicate = communiceren
frankly = eerlijk gezegd
hilarious = (dol)komisch
in favour of = voor(stander van)
insecure = onzeker
jump to defence = verdedigen
lean on = steunen op
notice = (op)merken
object on = tegen zijn
proper = juist
reply = antwoorden
tolerate = toelaten, toestaan
twins = tweeling
assure = verzekeren
competitive = concurrerend
count yourself lucky = jezelf gelukkig prijzen
native speaker = iemand met een bepaalde taal als moedertaal
odd one out = vreemde eend in de bijt
background = achtergrond
baker's = bakkerij
consist of = bestaan uit
dictionary = woordenboek
join in = meedoen
leaflet = folder
mature = (geestelijk) volwassen
a member = lid
painting = schilderij
roll = broodje
rude = onbeleefd, grof
scissors = een schaar
tell jokes = moppen tappen
tricks = (goochel)trucje
in association with = in samenwerking met
go solo = alleen verder gaan
multi-cultural = multicultureel
capital = hoofdstad
comments = commentaar
dish = gerecht
Greece = Griekenland
Italy = Italië
mountains = bergen
Paris = Parijs
receipt = ontvangst
register = je inschrijven
residents = bewoners
source = bron
take pride in = trots zijn op
unique = uniek
connections = relaties, betrekkingen
match = koppel, stel
proceed to = doorgaan naar
recommended = aanbeloven
submit = insturen